Topsportpaarden zijn de allerbeste zorg gewend en die krijgen ze ook

Hij is geboren en opgegroeid in Tilburg, studeerde in België en USA, is daarna naar Duitsland gegaan en gebleven. Sinds 2009 is hij ieder jaar op het CHIO aanwezig. Het CHIO voelt voor hem als thuiskomen. Hij is van mening dat de paarden het naar hun zin hebben in Rotterdam en dat toppaarden bij sommige blessures sneller zouden herstellen als ze toch mee zouden mogen op concours. Tijdens het afgelopen CHIO spraken we met de teamveterinair van de Duitse springruiters: Jan-Hein Swagemakers. En iedere minuut die boeide.
Jan Hein Swagemakers is geboren in 1961 en na zijn studie in Belgie en USA ging hij als dierenarts werken in een kleine kliniek in Duitsland. Vervolgens werkte hij negen jaar als zelfstandige in de kliniek op het terrein van Paul Schockemöhle samen met Mark Koeme. In 2001 startten zij samen een kliniek voor (topsport)paarden begon in Luesche, gespecialiseerd in orthopedie en chirurgie. Na de Olympische Spelen in Hong Kong begon hij naast zijn werk in de kliniek in 2009 als teamveterinair springen in Duitsland. In deze hoedanigheid was hij sindsdien vrijwel ieder jaar op het CHIO aanwezig.
Rotterdam is thuiskomen
Jan-Hein: “Ik vind het CHIO Rotterdam een gezellig concours op een geweldige locatie. In het bos, aan het water, midden in een stukje mooie natuur. Voor paard en mens wordt alles tot in de perfectie opgebouwd voor een paar dagen evenement. De stallen en hun voorzieningen vind ik geweldig, maar het stadion ook. Het voelt voor mij ieder jaar een beetje als thuiskomen. Ik heb het leuk in Duitsland, maar vind het altijd fijn om weer even terug te zijn in mijn geboorteland.”

Drie soorten dierenartsen op een vijf sterren concours
“Ik kom hoofdzakelijk op vijf sterren concoursen waar zowel voor paard als ruiter alles tot in de puntjes geregeld en georganiseerd is. De FEI stelt hoge eisen, niet alleen aan een sportprogramma, maar ook aan alles er omheen. Als ik praat over mijn vakgebied, ieder land heeft zijn eigen dierenarts bij zich, meestal zelfs één voor springen en één voor dressuur. Daarnaast levert de FEI drie eigen artsen aan een concours en tenslotte is er een groep zogenaamde behandelende artsen. Deze zitten bij elke rubriek bij de ring voor spoedkwesties en zij hebben dan ook alle mogelijke spullen en medicatie bij zich die per direct nodig kunnen zijn.”
Optimale verzorging
“De paarden zijn de atleten waar het allemaal om draait en zij moeten zich dan ook goed voelen op een concours. Daar wordt alles aan gedaan. Zo staan ze samen met de paarden van hun eigen stal, hun vriendjes van thuis en ook met de paarden van hun eigen land. Ze worden verzorgd door hun eigen, vertrouwde groom die voldoende en gezond eten bij zich heeft. Ze komen zeker niet alleen uit hun stal om te werken, maar ook diverse keren per dag voor ontspanning en beweging. Een groom op een vijf sterren concours heeft maximaal drie paarden mee en heeft hiervoor dus alle tijd. Longeren, grazen, in Rotterdam zelfs door het Kralingse bos wandelen, de hele dag is een groom met zijn of haar paarden bezig. De boxen op een concours hebben een verplichte minimale afmeting en sommige ruiters bestellen zelfs voor bepaalde paarden dubbele boxen. Er zijn diverse plaatsen om te trainen, zowel binnen als buiten en van en naar het hoofdterrein moeten de paarden een wandeling door het bos maken, wat echt chillen voor ze is.”

Checks voor en na een start
“Bij deze zorg blijft het echter niet. De zorg voor topsportpaarden is immens en dat verdienen ze. Meteen na een parcours, net buiten de piste worden ze gecontroleerd door een steward en een arts op misbruik en gevolgen van hulpmiddelen. Vooraf zijn de beenbeschermers al gecheckt. Daarna doen springruiters een cooldown in de losrijpiste waarin de lichamen langzaam worden geleid naar weer normaal. Daarna nemen de grooms ze weer over en worden ze naverzorgd. Als het warm is worden ze afgespoten, ze worden geborsteld, ze krijgen eten en drinken, niets wordt aan het toeval overgelaten. De totale verzorging vanaf dat het paard de ring verlaat, duurt wel een klein uur. Bij dressuurpaarden gaat veel hetzelfde, alleen wordt met hen iets minder gewandeld en gelongeerd vooraf, omdat zij hun energie meer moeten bewaren voor hun werk. Zij zijn gebaat met wat meer rust. Dit zijn ook andere type paarden die in een andere richting gefokt zijn. Voor hun prestaties is dan ook een wat andere aanpak nodig.”
Ieder paard zijn eigen zorg
“De verzorging van een toppaard kost veel tijd, heel veel tijd. Zij zijn dit gewend. Mensen beseffen het niet altijd, maar ik weet uit ervaring een paard een heel slim dier is. Ze herkennen de mensen om zich heen en weten donders goed als het er om gaat op concours en als ze gewonnen hebben. Een paard is zeer sensibel en neemt heel goed de gevoelens van hun omgeving waar. De meeste mensen denken dat “die knollen” niets door hebben, nou ik kan jullie garanderen dat dat wel zo is. Een paard wat dus opgeleid is naar het hoogste niveau, is hier aan gewend en heeft hele andere zorg nodig dan bijvoorbeeld een manegepaard dat verschillende ruiters op zijn rug heeft en altijd ongeveer hetzelfde werk doet. Begrijp me niet verkeerd, ook zij hebben de allerbeste zorg nodig en krijgen die gelukkig meestal ook, maar dit betreft andere zorg dan die van een topatleet. Over onze topsportpaarden, die hebben die optimale verzorging ook nodig als motivatie. De grooms spelen hierin een hele belangrijke rol, zij zijn er bijna 24/7 voor hun paarden waar ze eigenlijk gewoon een soort van verliefd op zijn.”

Paardenwelzijn
“Over paardenwelzijn gesproken ……. Bij de tegenstanders van onze sport is een hele grote groep mensen die hard schreeuwen, maar van bovenstaande vrijwel niets weten. Dit zijn mensen die puur kort door de bocht denken en niet verder kijken. Ook zijn er mensen die echt bezorgd zijn over paarden. Er zijn mensen die vooral bezorgd voor hun eigen ego, bijvoorbeeld vanuit politiek oogpunt. De anderen dat zijn wij veterinairen, samen met de ruitervereniging, mensen als jullie en de stewards. Wij denken en praten veel over paardenwelzijn, zoals wij nu ook doen, willen echt het allerbeste voor onze paarden en proberen daar steeds verbetering in aan te brengen.”
Voorbereiding thuis
“Tot nu toe hebben we het over toppaarden op concours gehad, maar de voorbereiding begint thuis al. De paarden worden getraind en zo goed mogelijk in conditie gebracht om prestaties te leveren. Op veel stallen worden de paarden zelfs wekelijks of maandelijks gecheckt en komen fysiotherapeuten en andere medici aan huis om de training te ondersteunen. Net eigenlijk als bij voetballers het geval is. Sommige ruiters doen zelf ook aan fitness of een andere sport en laten zich ook masseren.”

Constant verbetering op elk gebied
“Net als op ieder gebied, staat in de paardenwereld de tijd ook niet stil. Er wordt continu gezocht naar verbeteringen. Ruiters staan hier ook erg voor open. Als er iets nieuws is, wordt dat vaak snel geprobeerd. Ook wordt er tegenwoordig veel meer naar voeding gekeken dan vroeger, alles wordt geoptimaliseerd. Ook zijn de vrachtwagens steeds luxer en rijden de paarden in alle rust en comfort van stal naar concours en weer terug. Het materiaal wil ik ook noemen. Hindernissen worden bijvoorbeeld steeds lichter en technischer. Net als de parcoursbouwers trouwens, groot respect voor het werk wat zij doen. De sport komt op steeds hoger niveau, maar er gebeuren zelden meer ongelukken. Ook de ruiters nemen tegenwoordig veel eerder hun verantwoording. Als er op een paar hindernissen fouten gemaakt worden, sparen ze meestal hun paarden, nemen hun verantwoording en verlaten de piste vroegtijdig. Tenslotte wil ik ook hier weer de grooms noemen. Zij hebben veel contact met elkaar, onder andere via Whatsapp. Ze geven elkaar waar nodig raad en wisselen ervaringen uit.”

Mentale gezondheid belangrijk
“Ik verheug me altijd ontzettend op het CHIO en de paarden denk ik ook. Een paard gaat sowieso graag op concours, daar ben ik van overtuigd. Paarden die niet mee mogen als de vrachtwagen ingeladen wordt, laten horen dat ze mee willen. Zo ben ik er ook van overtuigd dat het goed zou zijn om geblesseerde paarden indien mogelijk mee te nemen op concours. Het is moeilijk te bewijzen, maar ik geloof hier in. Ik merk dat een topsportpaard het fijn vindt om op concours te gaan en geniet van dat leventje en bijbehorende zorg. Net als bij een mens is een goede mentale conditie belangrijk om te herstellen. Daarom zeg ik neem een paard met een blessure mee op concours en stap daar of geef daar de behandeling die nodig is, op tussen de proeven door in de warming up te stappen. Dan proeven ze de sfeer. Ik gebruik dit in mijn geneeskunde en raad anderen aan dit ook te doen. Nogmaals ik verheug elk jaar op jullie concours waar we met veel gezonde paarden heen gaan en met nog gezondere en tevreden paarden weer naar huis zullen gaan.”
Aldus Jan-Hein Swagemakers. Zeer ervaren dierenarts en ervaringsdeskundige. Wij hebben genoten van zijn verhaal, hopelijk jullie ook. Alles voor onze paarden, waar we ook zijn en wat we ook doen. Dank voor je tijd Jan-Hein en tot ziens weer in het Kralingse bos.
