Onderweg naar het CHIO 2021: Jur Vrieling

Mannen kunnen geen twee dingen tegelijk, daar worden vaak grapjes over gemaakt. Eén van onze allerbeste springruiters bewees maar weer eens dat het echt waar is. Toen we hem belden stond hij in een bouwmarkt. Hij had alleen nog een accu nodig, dus het kon wel even verzekerde hij. Kort na het begin van het gesprek verontschuldigde hij zich echter... of hij over vijf minuten terug kon bellen, want dit praatte niet fijn. Natuurlijk kan dat, deze ruiter mag niet ontbreken in de aanloop naar het 72ste CHIO Rotterdam. Naar hem toe rijden is zoooooo ver, dus bellen is handiger. Hij woont in één van de uithoeken van Nederland; op hem is de uitdrukking “stugge Groninger” zeker niet van toepassing, we belden met Jur Vrieling!
Zoals met de meeste personen die we lang niet gesproken hebben in deze rare periode, vroegen we Jur allereerst hoe het met hem gaat. “Goed”, verzekert hij ons. “Ik ben gelukkig niet ziek geweest en voel me lekker en fit. Ook in mijn familie en in het bedrijf is niemand ziek geweest. Gelukkig komen de wedstrijden weer op gang, ik ben inmiddels alweer overal en nergens geweest. Tolbert, Praag, Exloo, Valkenswaard, Den Bosch, heerlijk. Ik heb thuis wel volop door getraind, maar zowel de paarden als ik misten wel wedstrijdritme dus het was even afwachten hoe het zou lopen. Het lijkt echter helemaal goed te komen. Thuis heb ik goede faciliteiten, heb de tijd gehad om de puntjes op de spreekwoordelijke i te zetten en de jonge paarden extra aandacht te geven. Zo pakten we de draad vrij vlot weer op.
Verder heb ik, ik denk zoals veel ruiters met een sportstal, weinig last gehad van Corona. Natuurlijk duurde het wel een paar maanden te lang, op een gegeven moment heb je even voldoende getraind en wil je weer op concours, om de training in praktijk te brengen, maar zowel voor, tijdens als na de lock downs heb ik me niet verveeld thuis. Wij zijn een echte sportstal, ik geef weinig les en zit meestal van 08.00 – 17.00 uur te paard. Dat is al een werkdag op zich en dan heb ik alleen nog maar gereden. Ik hoef niet meer iedere week op concours, die tijd heb ik wel gehad en thuis zijn is ook fijn, maar helemaal niet weg kunnen, is niet praktisch.
Trainen voor Rotterdam
Ik ben dan ook heel blij dat het CHIO Rotterdam door kan gaan. Het is een heel mooi concours op het allerhoogste niveau. Zo’n concours dat je met je Nederlandse en buitenlandse collega’s wil beleven en waar je zo goed mogelijk wil presteren. Een concours als Rotterdam is een doel om naar toe te trainen, het ultieme waar je voor traint. Trainen zonder doel is niet leuk, alleen daarvoor ben ik alweer blij dat er weer concoursen zijn, dat maakt het trainen ook leuker. Op het CHIO ligt de lat heel hoog, het niveau is hoog en de concurrentie is sterk, machtig mooi vind ik dat”.
Het CHIO Rotterdam is het laatste observatiemoment voor Tokio. Ziet Jur zichzelf als kanshebber hiervoor ? Hij twijfelt: “Mijn hoop was gericht op Glasgow van ‘t Merelnest, maar die is helaas geblesseerd geweest. Hij springt nu wel weer, maar Tokio komt te vroeg. Mijn planning is nu gericht op Fiumicino van de Kalevallei van eigenaren Joeri Stevens en Geert de Slover. Hij is echter pas tien en heeft door Corona bijna een jaar in zijn opleiding gemist. We bekijken het van wedstrijd tot wedstrijd. Voor hem staan Sankt Gallen en Rotterdam nog op het programma en verder rijd ik concoursen met mijn jongere paarden.
Niets liever dan voor het team rijden
Ik kijk uit naar Rotterdam, heb er mooie herinneringen aan. Het is sowieso een schitterend concours op een geweldige locatie, maar de landenwedstrijd voor Nederland wordt er gereden en ik doe niets liever dan voor het team rijden …… Mijn allermooiste herinnering aan het CHIO is dan ook dat we de landenwedstrijd wonnen met het Nederlandse team, dat was in 2016 en ik reed Zirocco Blue”.
Jur verontschuldigt zich “Sorry, het is misschien allemaal niet heel spannend, maar ik ben hier niet zo goed in. Ik wens jullie heel veel succes met de voorbereidingen en hoop zoals altijd op geweldig mooie sport in Rotterdam”.
Geen probleem Jur, je kunt niet overal in uitblinken en het was leuk je weer gesproken te hebben. Je bent een geweldige ruiter, waar we met het Nederlandse team al zo lang op kunnen rekenen. Succes in Sankt Gallen, geniet opnieuw van dragen van de oranje jas en heel graag tot in Rotterdam!