Leendert-Jan Hofland: Op het CHIO kan een paard paard zijn

CHIO
Whats App Image 2025 05 30 at 16 16 56

Een bekende naam in de paardenwereld en teamveterinair van TeamNL eventing. Na drie maanden werkzaam in dierenartsenpraktijk van zijn vader deed hij al geen andere dieren meer dan paarden. Hij is inmiddels zelf ook 'de vader van'. We spraken met deze zeer bevlogen veearts die zeker is van zijn zaak, heel zeker. “Born to run” zoals Bruce Springsteen zong. Een lied dat hij van toepassing vindt op paarden, maar ook zeker op hemzelf. We spraken met Leendert-Jan Hofland van Dierenartsenpraktijk Bodegraven.

Leendert-Jan is inmiddels 35 jaar dierenarts en werd geboren in een dierenartsgezin, zijn vader had toen de praktijk al. Hij was drie jaar werkzaam geweest in een gerenommeerde Duitse kliniek toen hij bij zijn vader ging werken. Na drie maanden deed hij daar al niets anders meer dan paarden. Hij kende en kent alle boeren in de regio, het Groene Hart, waar de hoogste paardendichtheid van Nederland is.

Veterinair op concoursen

Leendert-Jan: “Ik ben nu bijna 61 jaar en kan me nog goed herinneren dat ik als veertienjarige al op het CHIO kwam, ik mocht met een sponsor mee. Nog steeds kom ik, als ik niet weg ben voor de eventing, naar Rotterdam. Voor het concours, maar ook om naar mijn zoon Geert te kijken die altijd mee doet met de 2FitHorses CHIO Zuid-Holland Cup. Sinds 2017 ben ik teamveterinair van de Nederlandse eventingruiters, maar daarvoor was ik ook al werkzaam in de eventing, als privé dierenarts van Merel Blom en Elaine Pen. Alles bij elkaar begeleid ik al zeventien jaar intensief paarden op concoursen. Onze praktijk in Bodegraven behandelt heel breed, er komen paarden uit alle richtingen; onze senior artsen begeleiden vooral toppaarden. Zelf heb ik ook gereden, maar niet op niveau, ik ben niet verder dan de klasse M gekomen.”

Op het CHIO kan een paard paard zijn

“Ik kom dus op vele concoursen en durf te zeggen dat het CHIO Rotterdam een uniek evenement is. In het schitterende Kralingse bos, maar toch midden in een grote stad. De rust die er heerst, de natuur, heel mooi. Het CHIO voldoet in mijn ogen dan ook gemakkelijk aan de eisen die ik graag zie voor de paarden. De stallen zijn heel rustig gelegen, ver van het hoofdterrein. Daarnaast is er ruime gelegenheid tot grazen en kan er heerlijk gestapt worden in het bos. Op het CHIO kan een paard paard zijn als hij niet sport, iets wat niet op alle concoursen mogelijk is. Vooral dat grazen vind ik heel belangrijk. Ik heb een mooi voorbeeld. Ik ken een paard dat altijd heel onrustig was in de dressuur als een ruiter erop ging zitten. Dat ging over als die ruiter zittend op het paard het dier even liet grazen. Grazen is een natuurlijke drang van een paard en daarna was het goed, deed het beestje in alle rust en met plezier zijn werk. Ook positief aan het CHIO vind ik het sportprogramma, dat is mooi op tijd afgelopen. Vanuit het welzijn van een paard is het belangrijk dat het dag- en nachtritme behouden wordt en de dag dus niet al te laat eindigt. Voor mensen trouwens ook. Ik heb gewerkt op een hele drukke kliniek, maar als ik nachtdienst had, eiste mijn baas toch dat van 24.00 – 05.00 het licht uit ging.”

photo credits: Danielle Vink

In bed wordt het belangrijkste werk gedaan

“Een sportprogramma zoals dat van het CHIO is ook belangrijk voor de groom die een zeer verantwoordelijke taak heeft. Een paard heeft altijd een vaste groom mee die bijna 24 uur per dag met de paarden bezig is. Om 06.00 beginnen ze meestal met voeren en mesten. Eerst krijgt een paard ruw voer en twee uur daarna krachtvoer. Daarna wordt er gestapt en mag een paard indien mogelijk grazen. Vervolgens wordt lichte arbeid gedaan waarna het weer tijd is voor rust en eten. Daarna worden de voorbereidingen voor de wedstrijd getroffen; invlechten, opzadelen, enz. Na de prestaties in de betreffende spring- of dressuurrubriek -en als het goed ging de prijsuitreiking- wordt het paard de rest van de dag vertroeteld en goed verzorgd. Veel verzorging en rust, dat klopt. In 1980 sprak Joop Zoetemelk de legendarische woorden: “De Tour win je in bed”. De winnaar van de Tour de France van dat jaar was hiermee een van de eerste topsporters die het belang van een goede nachtrust benadrukte. Bij paarden is dat ook zo.”

Born to run

“Overigens is de belasting voor paarden per discipline anders. Dressuurpaarden zijn vaak wat expressiever gefokt gezien het werk wat van hen verwacht wordt. Hier is ook regelgeving voor en deze voldoet uitstekend. Dat dit niet te expressief wordt, is eigenlijk goed beschreven in de wedstrijdprotocollen voor de dressuur. General Impression, met de woorden harmony en discreet influence of the aids, is een belangrijk onderdeel van het score formulier. Op het ogenblik is er internationaal een duidelijke interne reset gaande om dit nog meer aandacht te geven. Over belasting gesproken, paarden zijn niet geboren om stil te staan maar om te bewegen. Bruce Springsteen heeft een lied dat “Born to run” heet, vrij vertaald is dat zeker ook van toepassing op het huidige sportpaard.”

photo credits: Dinja van Liere

Groom 50 procent aandeel in prestaties

“Terug naar de groom. Het management van de ruiter rond een paard is het allerbelangrijkste. De groom is het verlengstuk van de ruiter en kan zeker het verschil maken tussen winnen en verliezen. Een ruiter moet tijdens het rijden in een 'split second' beslissingen kunnen nemen. De groom moet dus mede zorgen dat er rust bij ruiter en paard is door alles rond dit duo perfect te regelen. Ja, ik durf te zeggen dat een groom zeker 50 procent aandeel heeft in de prestaties van een combinatie.”

Fysiotherapie voor mentale en fysieke ontspanning

“De voorbereiding voor een grote wedstrijd begint al thuis. Vaak gaat de trainingsintensiviteit de laatste tijd voor een grote wedstrijd wat omlaag. 80 tot 100 procent van de paarden wordt thuis al gecheckt door een arts. Soms en steeds vaker wordt er ook een fysiotherapeut ingeschakeld wat ik heel nuttig vind. Een paard wordt hiervan namelijk niet alleen ontspannen in de spieren, maar ook mentaal. Dit scheelt ook energie met losrijden waardoor een paard frisser de ring in gaat. Overigens is goed en bewust rijden de allerbeste fysiotherapie.”

photo credits - Nils Boeser

Paardenwelzijn ook welvaartskwestie

“Gelukkig leven we in welvarend deel van de wereld en verkeren in de luxe dat we ons daar druk over kunnen maken. In de armere delen van deze wereld zijn paarden een middel om zelf te overleven. Daarom is er op grote internationale veterinaire congressen ook altijd aandacht voor problemen van werkezels en werkpaarden in de armere delen van de wereld. Dit gegeven onslaat ons nog steeds niet van de plicht om kritisch naar de sport te blijven kijken. Maar mensen moeten wel weten waar ze over praten. Zo is bijvoorbeeld groepshuisvesting al jaren een hot item, maar dat kan gewoon niet met alle paarden. Onderzoeken hiernaar worden vaak gedaan met paarden die niet representatief zijn voor het moderne sportpaard.. Wanneer je onze huidige sportpaarden bij elkaar in een kudde zet, levert dat veel gewonde en geblesseerde paarden op, 100 procent meer durf ik zelfs te zeggen.”

Oranje lintje belangrijk maar eerlijke sport boven aan lijstje

“Natuurlijk zijn we altijd bezig met verbeteringen. Zo zijn de boxen op concours al groter en die zouden van mij nog groter mogen. Ook is de veterinaire begeleiding sterk verbeterd en zijn de dopingvoorwaarden enorm aangescherpt. De paardensport hanteert een zero tolerance beleid op het gebied van medicatie. Een paard moet zonder enige beïnvloeding de gevraagde prestatie kunnen leveren. Tenslotte is het wetenschappelijk onderzoek naar alles in de paardensport sterk verbeterd. Tot mijn grote blijdschap merk ik trouwens ook echt dat de focus bij de ruiters ook wel verschoven is. Natuurlijk blijft het oranje lintje belangrijk, maar mooie sport bedrijven staat bovenaan het lijstje.”

photo credits Rachelle de Leeuw

Moe maar voldaan

“Ik ben zelf altijd bezig met paardenwelzijn. Zo ben ik bezig met het testen van vermoeidheidsensoren. Goede ruiters moeten al merken als hun paard vermoeid is, maar dit wetenschappelijk aan kunnen tonen geeft altijd extra draagvlak. We willen graag weten wanneer een paard zich precies vermoeid gaat voelen, dit geeft extra informatie aan de ruiters, die er alles aan doen om overbelasting te voorkomen. Overigens wil ik hier ook een kanttekening bij plaatsen. Paarden worden blij van werken en vermoeidheid kan hier een onderdeel van zijn. Net als bij mensen, moe maar voldaan, noemen we dat.

Daarnaast, een stukje doorpakken in een training met respect voor het paard, kan ook goed zijn. Als je niet fit bent, is alles moeilijk, maar om fit te worden, moet je een keer moe worden.”

Tweede leven na topsportcarrière

“Een paard wil graag werken, daar ben ik van overtuigd, net als van het feit dat pensioen voor de meeste paarden ook aftakeling betekent. Ze gaan vanaf het moment dat je ze uit het werk haalt, bij je vandaan. Ik pleit daarom altijd voor een tweede leven na een topsport carrière. Hier zullen ze blijer van worden dan de hele dag in de wei en kunnen ze als leermeester dienen voor een andere ruiter. Ook wil ik graag benadrukken dat ik me al jaren middenin de topsport beweeg en dat ik maar heel weinig zie dat een ruiter zo ver gaat met wat hij vraagt aan een paard dat dat eigenlijk niet kan.”

“Natuurlijk is niet ieder paardenlichaam geschikt voor topsport en wanneer je dat merkt, zet dan als ruiter niet door. 'Wat u wilt dat u geschiedt, vraagt dat dan ook aan een paard niet!' Daarnaast, als je niets van onze sport weet, kun je het je heel moeilijk voorstellen. In een uur is niet te vertellen wat onze sport inhoudt, wie dat wil weten, nodig ik uit om eens met me mee te lopen.”

Aldus Leendert-Jan Hofland. Paardenman in hart in nieren. Dank voor dit duidelijke gesprek Leendert-Jan, ook namens alle paarden. Succes met alles wat je doet, respect en hopelijk tot later deze maand in het Kralingse bos.

photo credits: Digishots


  • Deel dit artikel