Toppers over 71 jaar CHIO Rotterdam: Piet Raijmakers Sr.

Helaas geen CHIO Rotterdam in 2020. Gelukkig hebben we genoeg mooie herinneringen. De komende tijd gaan we terugblikken met topruiters, vrijwilligers, medewerkers, etc. op de hoogtepunten van de afgelopen 71 jaar.
Aan het woord is niemand minder dan Piet Raijmakers Sr. Hij is één van de ruiters naar wiens paard één van de tribunes/hospitalityruimten in het Rotterdam stadion van het CHIO is genoemd (redactie de Ratina Stand aan de korte zijde).
Elk nadeel heeft zijn voordeel, want we spreken hem tijdens deze onwerkelijke tijd bij hem thuis, waar hij ontspannen aan het werk is, zelfs tijd heeft om zelf weer in het zadel plaats te nemen en het omvangrijke terrein van het bedrijf te onderhouden.
Wanneer Piet Sr. plaats neemt in de gezellige ontvangstruimte met uitzicht op de binnenbak, waar zijn toppaard Ratina Z duidelijk aanwezig is, wordt meteen duidelijk dat Piet de tijd heeft. Ontspannen, met een warme chocomel en met de kenmerkende, toegankelijke lach, staat hij ons te woord.
In 1973 kwam hij voor de eerste keer naar het CHIO Rotterdam, met zijn toenmalige sponsor Rolvink uit Weert. “Ik was 17 en we wilden eens kijken hoe het er aan toe ging op zo’n internationaal concours. Ik weet nog dat ik daar voor de eerste keer Harvey Smith live zag. Een ruige ruiter vond ik dat. Ik heb de hele dag als een klein kind achter hem aan gelopen. Ik denk dat ik in 1976 zelf voor de eerste keer in het Kralingse bos mocht rijden. Dat was met King Rota en Flying Dutchman. Mijn mooiste herinnering aan het CHIO Rotterdam was de eerste keer dat ik met het team de landenwedstrijd won in 1991. Ik vond dat echt geweldig, rijden voor je land in je eigen land en dan nog winnen ook. Ook vond ik het bijzonder dat Koningin Beatrix en Prins Willem Alexander aanwezig waren en ons zelfs persoonlijk feliciteerden.
Het allermooiste moment in mijn carrière was natuurlijk in 1992 toen ik op de Olympische spelen met Ratina Z goud won met het team en individueel zilver.
Momenteel coach ik vooral combinaties, maar nog steeds vind ik zelf rijden het leukst. Goed coachen is heel moeilijk. Je moet zowel de ruiter als het paard begeleiden en een plan maken tot de ring. Dat is al niet makkelijk en dan moet je het, op het moment waarop het eropaan komt, ook nog uit handen geven. Zelf als ruiter vond ik het veel makkelijker om ergens naar toe te werken. Na mijn eigen carrière is het nu mijn doel om ook mijn leerlingen aan mooie resultaten en het liefst natuurlijk medailles te helpen. Dat ik kan rijden en mezelf kan managen weet ik, maar dat wil ik voor mijn leerlingen ook kunnen. Ik wil ze mentaal en physiek samen met hun paard op een bepaald moment kunnen laten pieken."
Corona is het onderwerp dat leading is in vrijwel elk gesprek op dit moment. Ook in het Brabantse Asten ontkomen we er niet aan en vragen Piet wat hij vindt van deze onwerkelijke tijd en welke impact het heeft op zijn drukke leven. “Laat ik positief beginnen”, antwoordt Piet. “Ik ben een paar maanden achtereen thuis, dat is heel lang geleden. Er is ritme in mijn leven, ik sta om 7.00 uur op, help mee op stal, geef les, rijd zelf weer wat en heb zelfs tijd om het terrein te onderhouden. Een merrie van ons heeft gisteren een veulen gekregen en daar ben ik al naar gaan kijken. Dat lukt me zelden. Negatief is natuurlijk, dat alles stil staat. Er zijn geen wedstrijden en de paarden kunnen niet getest worden op hun ontwikkeling. Mijn zoon Piet Jr en mijn leerlingen kunnen zich ook niet verder ontwikkelen. Sommige leerlingen zitten zelfs in quarantaine en kunnen niet eens bij hun paarden komen. De Olympische Spelen zijn een jaar opgeschoven. Ruiters hebben daarvoor een budget tot en met 2020. Ik ben eigenaar van 4 Japanse para-dressuurpaarden die ik nog een jaar extra moet aanhouden. De handel ligt stil. We weten niet hoe lang dit gaat duren, dus we kunnen niets plannen. Wij als sportstal worden niet zo hard getroffen, we hebben goede eigenaren en redden het wel. Maar er zijn ook collega ruiters die lege stallen hebben, doordat eigenaren de paarden ophalen. Gezien dit alles, heb ik samen met Eric van der Vleuten een plan gemaakt om oefenparcoursen te gaan organiseren op Manege Heijligers. Uiteraard met in achtneming van de anderhalve meter. We hebben overal aan gedacht”.
Piet verschijnt steeds regelmatig in de media en we weten veel over hem. Als we hem vragen om iets te vertellen wat we nog niet weten steekt hij enthousiast van wal: “Op de Wereldruiterspelen in Tryon bestond het hele Japanse para-dressuurteam uit paarden van mij. Mijn paard DJazz won met brons zelfs de allereerste Japanse para-dressuurmedaille ooit. Via een klant van een klant in een rolstoel is dat ooit begonnen. Eigenlijk wilde ik paarden voor het team huren of leasen, maar toen dat moeilijk bleek heb ik samen met mijn schoondochter Leontien paarden gescout en zelf gekocht. Dat was onder het mom van 'ik verkoop ze wel weer een keer'. Het was een geweldig avontuur, ik heb versteld gestaan van de moed en het doorzettingsvermogen van de para-dressuurruiters”.
Ratina Z, het toppaard waarmee Piet zijn grote successen behaalde, was één van de allerbeste paarden ter wereld. We vragen Piet welk paard hij nu in 2020 graag zou rijden. Hij moet er lang over nadenken, maar dan verschijnt een brede lach op zijn gezicht en antwoordt hij beslist: “H&M All In van de Zweedse ruiter Peder Fredricson ! Toen het paard 2,5 jaar oud was jureerde ik hem samen met Nol Boerenkamps bij het vrij springen. Toen was al duidelijk hoeveel kwaliteit dat paard had. Ik wilde hem heel graag kopen, maar helaas lukte dat niet. Ik ben hem wel altijd blijven volgen. In 2017 in Gothenburg werd Peder Fredricson individueel Europees kampioen met hem en won hij ook de Grote Prijs in Rotterdam.
Tenslotte mag ook Piet, zoals iedereen die we interviewen, het gesprek zelf afsluiten. Tot nu toe antwoordde hij rustig op onze vragen, maar nu komt zijn kenmerkende drive, die we als ruiter zo goed van hem kennen weer boven: “Onze sport is in de vijftig jaar dat ik rijd heel veel veranderd, eigenlijk alleen maar positief, alles is beter geworden. Echter er zijn nog altijd een paar jeugdige ruiters die ten koste van hun paard willen presteren. Vijftig Jaar geleden kon dat misschien, maar nu niet meer ! Als we van de sport willen blijven genieten, moeten we heel goed uitdragen dat de paardensport ook een mooie sport is voor de paarden. Ik wil geen Penny meisje of heilig boontje zijn, maar dit is wel een serieus punt.
Natuurlijk hoop ik ook snel weer op concours te kunnen. Als we een goed plan maken en dat hebben we eigenlijk al, vind ik dat we echt weer los kunnen, dan is er weer wat te doen. Paardensport is geen contactsport en we kunnen ook op anderhalve meter van de sport genieten. Grote concoursen zoals jullie CHIO Rotterdam kan voorlopig begrijpelijk niet, maar op kleinere schaal zijn er zeker mogelijkheden !”
photo credits: Jarno Smits